Van lees”moet”-ivatie naar leesgoesting
Leestijd 4 minuten
Leesmotivatie, leesplezier en hoe dit te stimuleren
Vlaamse leerlingen scoren slecht op het vlak van leesvaardigheid. De resultaten van internationale onderzoeken liegen er niet om (PIRLS 2021 en PISA 2018). Zo zijn Vlaamse 10-jarigen op vlak van leesvaardigheid in 10 jaar tijd van plaats 8 naar plaats 32 gezakt zijn. En vindt de helft van de Vlaamse 15-jarigen lezen tijdsverlies. Het leesplezier is in geen enkele andere regio zo laag als bij ons. Dat terwijl leren lezen is één van de mooiste dingen die kinderen leren op school. Leesvaardigheid wordt in belangrijke mate gevoed door leesplezier en leesmotivatie. Professor Maarten Vansteenkiste (UGent) sprak op de Nationale Dyslexie Conferentie 2021 over hoe we de leesmotivatie bij onze kinderen en jongeren kunnen aanwakkeren. Hij meent dat het belangrijk is om bepaalde psychologische behoeften te vervullen om de leesmotivatie te verhogen. Deze behoeften zijn samengevat in het ABC-model van de zelfdeterminatietheorie en omvatten 'Autonomie', 'VerBondenheid' en 'Competentie'. Door aan deze behoeften te voldoen, creëer je een omgeving die de motivatie verbetert, wat leidt tot betere leesprestaties en meer betrokkenheid. Waardevolle inzichten die blijvend relevant zijn! Veel leesplezier met dit Lexima Magazine artikel. - auteur: Heide-Mieke Scherpereel
Vitamines voor de leesmotivatie
Veel kinderen en jongeren lezen vanuit een extrinsieke, gecontroleerde motivatie. Lezen “moet”, en wordt nog al te vaak aangestuurd vanuit een externe (“ik moet een boekbespreking maken”) of interne druk (“ik wil goede punten halen”). Pas wanneer kinderen lezen vanuit een intrinsieke, autonome motivatie, wanneer ze nieuwsgierig zijn en lezen zelf ook zinvol vinden, kan de goesting om te lezen groeien.
Maar hoe zwengel je nu de (lees)motivatie aan? Dit kan door tegemoet te komen aan een aantal universele psychologische basisbehoeftes, die samen te vatten zijn in het ABC-model van de zelfdeterminatietheorie (Ryan en Deci).
- Autonomie: kinderen en jongeren moeten in hun handelen, denken en voelen zichzelf kunnen zijn, zelf keuzes kunnen maken, hun mening kunnen geven. Ze moeten de tijd en de ruimte krijgen om te lezen, maar moeten ook hun eigen keuzes kunnen maken, en bijv. ook het recht hebben om een boek niet goed te vinden.
- VerBondenheid: belangrijk is ook de samenhorigheid in de klasgroep, zorg te kunnen dragen voor anderen, en het gevoel te hebben gewaardeerd te worden. Deze verbondenheid kan je voeden door samen te lezen, door als leerkracht of (groot)ouder voor te lezen, maar ook door kinderen aan elkaar te laten voorlezen.
- Competentie: kinderen en jongeren moeten het gevoel kunnen krijgen bekwaam te zijn in het lezen, vooruitgang te maken en hun leesvaardigheden verder te kunnen ontplooien. Hoe meer aan deze basisbehoeftes wordt voldaan, hoe beter de voedingsbodem voor een kwaliteitsvolle en duurzame motivatie. Dit leidt bij de leerling uiteindelijk tot een grotere betrokkenheid, meer volharding, een groter psychisch welbevinden, meer creativiteit en betere (lees)prestaties.
De ideale cocktail voor een motiverende begeleidingsstijl
Als we als leerkracht, begeleider of ouder de leesmotivatie bij onze kinderen en jongeren willen aanwakkeren, is het dus belangrijk om hun autonomie aan te spreken, verbondenheid te stimuleren en te werken in een context waarin ze hun competenties kunnen uitbouwen.
Om dit als begeleider in de praktijk te kunnen brengen, is het belangrijk om eerst een goed zicht te krijgen op je eigen begeleidingsstijl. Via onderzoek werden verschillende begeleidingsstijlen in kaart gebracht. Dit resulteerde in een begeleidingswiel met verschillende zones, dat leerkrachten een verfijnd inzicht biedt in hun lesstijl. Uit onderzoek blijkt dat een combinatie van autonomieondersteuning, warme verbondenheid én structuur door kinderen het meest gewaardeerd wordt en dus de meest motiverende cocktail oplevert.
Autonomieondersteuning vertrekt vanuit een open en geïnteresseerde houding, waarin participatie centraal staat. Daarnaast is het, zeker naar moeizame lezers toe, belangrijk om het competentiegevoel van de leerling te ondersteunen en het vertrouwen uit te stralen dat kinderen of jongeren op hun tempo mogen en zullen groeien in hun leesproces. Tot slot is er ook structuur nodig: dit kan o.a. via positieve feedback, verheldering bij opdrachten en duidelijkheid over de verwachtingen.
Het leesvuur bij kinderen aanwakkeren
Om het leesvuur optimaal aan te wakkeren, werk je best vanuit een participatieve, afstemmende en begeleidende benadering. Wanneer je vertrekt vanuit een open en geïnteresseerde houding, waarbij je kinderen en jongeren inspraak geeft, bijv. in de keuze van boeken, of door tijdens of na het lezen in dialoog met hen te gaan over het boek, voed je het leesplezier. Om meer aansluiting te vinden bij hun belevingswereld, om interesse en nieuwsgierigheid te wekken, is daarenboven een afstemmende houding belangrijk, waarin de koppeling met actualiteit of leefwereld gemaakt wordt en de relevantie van een leesopdracht verduidelijkt wordt. De begeleidende rol kan je invullen door o.a. uitdaging te bieden met boeken op hun leesniveau, door via gestructureerde vragen hulp te bieden bij de keuze van een boek, en door positieve feedback te geven.
Uit experimentele studies blijkt trouwens dat de taal die gebruikt wordt bij het geven van feedback een grote rol speelt in de motivatie en het leesplezier. Een uitnodigende, positieve communicatiestijl voedt de motivatie, een dwingende, negatieve stijl ondermijnt het leesplezier.